Vrede op aarde


Bijna overal op de wereld is onenigheid. Religieuze oorlogen in Syrië en Irak. Bloedige conflicten en veel slachtoffers in het Midden Oosten tussen Israëlieten en Palestijnen. Onrust in de Oekraine enz.

Er is een wereldbrand gaande die niet door kinderen is aangestoken maar waar de kinderen meestal wel de dupe van zijn.

Ook in Nederland. De intocht van Sinterklaas bijvoorbeeld, een feest voor kinderen, werd zodanig verstoord door demonstranten dat er een arrestatieteam aan te pas moest komen. Voor het oog van Sinterklaas en de kinderen moest de politie ingrijpen.

Jammer!

In Syrië moeten moeders en kinderen vluchten naar een ander land. De baby in een tas of in een kartonnen doos, Onderweg raakt het eten op, Kinderen lijden honger en kou, De baby ‘s overleven het vaak niet. En in een ander land zijn ze niet welkom, dus hebben ze geen huis of onderdak.

Meer dan 2000 jaar geleden werd Jezus geboren in Bethlehem in een stal, Zijn wieg was een kribbe.. Jezus kwam vrede brengen op aarde. En in de stal was er vrede en blijdschap en vooral veel liefde. Engelen zongen, Herders en koningen kwamen het Kindje aanbidden. Er was zelfs een zwarte koning bij en het Kindje was heel blij met zijn bezoek, zoals de kinderen in Nederland blij waren met zwarte Piet. Er hoefde geen politie uit Bethlehem te komen om de orde te handhaven.

Maar ook Jozef en Maria moesten na enige tijd vluchten uit Bethlehem naar Egypte omdat koning Herodus het Kindje wilde doden. De tocht van Bethlehem naar Egypte is lang en voert door de woestijn en hun enige vervoermiddel was een ezeltje !

Is er dan nu na 2000 jaar niets veranderd, hebben de wereldleiders, koningen, presidenten en de godsdiensten niets geleerd?

Maar met Kerstmis gaan de lichtjes aan.

Ook voor allen die regeren.

Na hun bezoek aan Jezus’s stal.

Zal het vrede worden overal,

Als zij het echt proberen !

Moge het zo zijn.

(2019)

De herders

In het veld dicht bij Bethlehem waar Jezus geboren is leefden de herders en zij hielden de wacht bij hun schaapjes. Ze moesten er goed op letten dat er geen wolf zou komen,die een schaapje wilde pakken om het op te eten, want wolven lusten graag schaapjes. De baas van de herders was een strenge man. Als er een schaapje weg was kregen ze straf dus iedere avond telden de herders hun schaapjes. De avond dat Jezus geboren is was het heel donker en koud, er was geen sterretje aan de hemel en de herders hadden een vuurtje gestookt om warm te worden want ze moesten buiten slapen.

In die koude donkere nacht werd Jezus geboren in een stal De engel had tegen Maria gezegd dat haar kindje later koning zou worden.

Maar koningen worden toch in een paleis geboren, niet in een stal! Hoe kwam dat? Toen Maria dacht dat haar kindje al spoedig geboren zou worden moest ze met Jozef op reis . Ze was veel liever thuis gebleven maar alle mensen moesten naar Bethlehem. Daar werden hun namen opgeschreven in een groot boek. Dat wilde de keizer zo en de keizer was de baas.

Er waren toen nog geen computers en telefoons, dus Maria en Jozef moesten te voet naar Bethlehem en ze woonden in Nazareth dat is een lange reis en er waren toen ook nog geen auto’s treinen of bussen. Ze hadden alleen een ezeltje,dus ze konden bijna niets mee nemen. Geen wiegje of warme dekentjes voor het kindje. Ze wilden in Bethlehem slapen maar alle hotels en herbergen waren vol en Maria was zo moe, ze waren al een paar dagen op reis. Ze konden toch niet buiten slapen! Maar gelukkig zijn er nog mensen die medelijden hebben. Ze mochten in een stal slapen.

En daar werd het kindje geboren. Die nacht werd het heel licht buiten, het leek wel of de zon ging schijnen .

En opeens stond er naast het vuurtje van de herders een engel. De herders schrokken heel erg, ze hadden nog nooit een engel gezien en ze dachten dat ze droomden. Maar de engel begon te spreken en zei ”wees maar niet bang, ik breng voor jullie en voor alle mensen goed nieuws. Jezus is geboren Hij is Gods zoon en als Hij groot is zal Hij koning worden. Hij ligt in een stal in doeken gewikkeld . Jullie mogen hem gaan bezoeken. De herders gingen op weg naar de stal en vonden Jozef en Maria en het kindje. Ze hadden wel medelijden met het kindje dat daar in een kribje lag zonder warme dekentjes. Maar herders zijn arme mensen, ze konden geen dekentjes gaan kopen.

Maar toen kwam een van de herders op een goed idee om een van de schaapjes te gaan scheren . Schapenwol is lekker warm , het schaapje liet zich gewillig scheren, hij was er trots op dat hij dat voor het Kindje Jezus mocht doen .

Maria legde de wol in het kribje tussen de doeken en ze was heel blij , het kindje lachte en viel meteen in slaap.

De herders gingen stil naar buiten en toen schrokken ze heel erg, want buiten stond hun strenge baas. Hij zei: jullie hebben een van mijn schapen geschoren en waar is het geld?

Ik wil dat geld hebben want dat is van mij.

Jullie zijn dieven !! Hebben jullie het geld in de stal verstopt? Gaat u maar mee naar binnen zeiden de herders dan kunt u zien wat we met de wol gedaan hebben.

De baas ging naar binnen en zag het kindje dat sliep tussen de warme schapenwol, en het kindje lachte tegen hem.

Toen lachte de baas ook tegen de herders en hij zei dat hebben jullie goed gedaan, zo’n klein kindje in de stal mag geen kou lijden.

De baas was niet boos meer en zeer tevreden gingen ze terug naar hun schaapjes.

(2018)

Gieter

Thuis gekomen haalde ik de boodschappen uit de auto en kwam toen tot de ontdekking dat ik mijn gieter op het parkeerterrein had achtergelaten. Ik bedacht me nog even maar reed toch terug, maar geen gieter en ook de vieze man was van de aardbodem verdwenen. Ik vroeg me wel af wat hij gedaan had toen hij zag dat ik zonder gieter was weggereden, maar ik legde me bij de situatie neer er zijn ergere dingen.
‘s-Avonds belde mijn dochter op zij moest wel lachen om mijn avontuur maar was toch ook bezorgd. Waren er geen mensen in de buurt om u te helpen toen die man u zo lastig viel vroeg zij. Och zei ik ,ik had geen hulp nodig, de man heeft geen vinger naar mij uitgestoken. Hij had eigenlijk hulp nodig dacht ik achteraf maar ik heb ook geen vinger naar hem uitgestoken.
Ik vergat het voorval en toen ik een paar dagen later langs een tuincentrum kwam met volop parkeerruimte kocht ik daar weer een gieter.
‘s-Zondags was het Moederdag en mijn dochter kwam op bezoek met een mooie bos bloemen en……een gieter. Ik vond het vervelend om tegen haar te zeggen dat ik er inmiddels al een gekocht had, dus nu had ik opeens twee gieters, och, wel gemakkelijk dacht ik een voor de voortuin en een voor de achtertuin.
Twee weken later kwam ik weer in de winkel waar ik mijn eerste gieter had gekocht, ik moest een cadeautje kopen voor een jarige vriendin.
He, mevrouw zij de verkoopster, u hebt hier pasgeleden toch een gieter gekocht? Ja zij ik verbaasd maar die heb ik per ongeluk op het parkeerterrein laten staan toen ik nogal gehaast wegreed. Dat klopt zei de juffrouw een man, een zwerver, heeft hem hier afgegeven hij zag dat u hem vergat, hij had u nog geroepen zei hij maar u reed weg.
Het was zo’n aardige mevrouw zei hij, ze heeft ook nog een pleister op mijn voet geplakt, kijk maar, ik had mijn voet bezeerd en zei had een EHBO doosje in haar auto. Ik was stom verbaasd en ik wist niet wat ik moest zeggen. Zo ziet u maar mevrouw wie goed doet, goed goed ontmoet. Ja, zei ik ook nog in mijn totale verwarring, waar woont die man? Dat weet ik niet mevrouw, het is een zwerver, maar neemt u die gieter maar mee, u heeft hem betaald, hij is van u. Toen zei ik ook nog heel hypocriet, maar ik heb het bonnetje niet meer. Dat hoeft niet mevrouw, u bent veel te eerlijk.
Ja tjonge jonge wat was ik toch eerlijk en wat was ik toch een aardige mevrouw. Ik had nu drie gieters maar ik heb me nog nooit zo rot gevoeld. Ik heb er alleen van geleerd dat je niet te vlug over iemand moet oordelen, want zelfs een getatoeëerde zwerver kan eerlijk zijn.

De middenberm


Als u in de auto op de snelweg rijdt of meerijdt, kijkt u dan wel eens naar de middenberm? Een smal stukje grond tussen de vangrails, er groeit bijna niets, wat grassprietjes, brandnetels en soms een paardenbloem. Je krijgt medelijden met de middenberm. Dag en nacht rijden er auto’s met grote snelheid voorbij. Er is geen leven mogelijk, dieren kunnen er niet komen, vogels kunnen er niet nestelen en een konijntje dat uit het bos wil oversteken wordt dood gereden.
Maar aan beide kanten van de snelweg ziet het er anders uit. Daar groeit het gras welig in weilanden met madeliefjes en schaapjes of koeien. Er groeien in de zomer mais, tarwe en andere gewassen die goed worden verzorgd, besproeid en bemest. Er staan boerderijen of mooie huizen, er zijn bossen en rivieren ….. kortom, er is meestal een aantrekkelijk landschap waar je van kan genieten, zelfs in de winter als er sneeuw ligt. (maar je moet wel op het verkeer letten!)

Dat is het beeld van de wereld van vandaag. Er zijn landen en steden waar het goed is om te leven, waar vrede is en voldoende eten voor iedereen. Waar mensen respect hebben voor elkaar, waar kinderen naar school kunnen en met elkaar kunnen spelen, waar conflicten worden opgelost door met elkaar te praten en niet door oorlog.

Maar er is ook een andere wereld zoals in de middenberm tussen de vangrails, waar bijna geen leven mogelijk is. Door oorlogsgeweld is er dag en nacht mitrailleurvuur en zijn er bombardementen. Mensen zijn dakloos en vluchten weg, ze worden niet dood gereden op de snelweg maar verdrinken als ze in gammele bootjes de zee moeten oversteken.

Het kan wel eens gebeuren dat er in de middenberm tussen de vangrails toch een mooie bloem staat een klaproos of een margriet, die is daar waarschijnlijk door de wind heen geblazen en daar fleurt die middenberm dan een beetje van op.

Mensen kunnen ook helpen om de troosteloze toestand in de echte wereld te verbeteren. Het Rode Kruis bijvoorbeeld, Artsen zonder Grenzen, enzovoort ….

Aan de echte middenberm zoals wij die kennen tussen de vangrails kunnen wij niets doen. Dat is -denk ik- werk voor Rijkswaterstaat. Maar wij kunnen wél vanuit de plaats waarin wij leven meehelpen om de mensen die gevlucht zijn een beter leven te geven. Wij kunnen ze iets geven wat in de middenberm ontbreekt: Menselijkheid.

We kunnen ze in ons midden opnemen, in ons land, in ons dorp, in onze wijk, zodat ze zich hier thuis voelen en een beter bestaan kunnen opbouwen. Het goede kan overwinnen als we elkaar helpen. Zelfs in de middenberm !!!!!!

Brand in de stal


Het was de avond van de tweede Kerstdag. Onze kinderen waren nog klein. Ze zaten voor het stalletje . De kaarsjes waren aan en ze zongen kerstliedjes, ik zong van harte mee. Straks nog een kopje choclademelk en dan naar bed. Mijn man was even de kamer uit en ik lette even niet op en toen opeens een kreet: Mamma het brandt !!!!! Het stalletje had vlam gevat. Mijn man was direct ter plaatse, hij pakte het tafelkleedje compleet met stalletje, Heilige familie , herders en alle dieren op en smeet het door de inmiddels openstaande ramen naar buiten. Gelukkig een brand was voorkomen, in de tuin vonden we het stalletje, het witte wattendek was verbrand maar verder was het nog in goede staat ook het kindje in de kribbe, de herders en de dieren waren al gauw gevonden. Maar Maria en Josef waren spoorloos. Groot verdriet bij de kinderen ,een Kindje Jezus zonder ouders ,dat kan toch niet? “O’’zei mijn tactloos ‘’die vinden we morgen wel’’hoe kon hij zo harteloos zijn! Dus de kinderen kregen jassen en schoenen aan en het hele gezin ging de tuin in om te zoeken. We vonden St Josef ,maar het begon te regenen en tot verontwaardiging van de kinderen moest het zoeken gestaakt worden . St Josef werd bij het kindje in de stal gezet maar het was een zielig gezicht, zo’n een ouder gezin. Her kindje mocht nu als troost mee naar de kamer van onze dochters ,zij zouden die nacht over het moederloze kindje waken . De andere morgen vonden we Maria tussen de struiken met verbrande voeten maar met een beetje hulp kon ze toch nog staan “Gelukkig” zei onze oudste dochter. “Als Jezus groot is kan Hij wonderen doen en dan maakt Hij de voeten van zijn moeder wel beter.” Natuurlijk lief kind alle dingen zijn mogelijk voor wie gelooft. Maar ik vond het toch nodig om er aan toe te voegen . onze papa heeft nu toch ook een klein wondertje gedaan, want Maria staat weer bij Haar Kindje in de stal.

Jongetje in de Wereldwinkel

Het jongetje kwam op een zaterdagmiddag in de week voor Kerstmis.
Hij moest twee cadeautjes hebben, een voor zijn moeder en een voor zijn vader. Ze moesten wel apart zijn, dus niet een cadeautje voor allebei

Hij zei: onze juf heeft gezegd , ga maar naar de wereldwinkel, daar hebben ze van alles en ze kunnen je ook heel goed helpen.

Jij hebt een heel verstandige juf zei ik en ik zal je zeker goed gaan helpen als het nodig is. Weet je al een beetje wat je hebben wilt?. Hij haalde zijn schouders op. Wil je eerst zelf even rondkijken of je iets leuks vindt. Kun je al cijfertjes lezen en hoeveel eurotjes heb je bij je ? Ja natuurlijk kan ik wel cijfertjes lezen, ik zit toch op school! zei hij verontwaardigd .Oei dat was een verkeerde vraag dacht ik. Hij ging ernstig op zoek en hij kon inderdaad goed cijfertjes lezen.

Voor zijn moeder kon hij wel iets vinden zei hij maar voor zijn vader werd het moeilijk. Wat doet je vader graag vroeg ik hem. Leest hij veel, drinkt hij graag een glaasje wijn of snoept hij graag? We hebben heerlijke chocolade, repen en bonbons, melk en bitter. En we hebben ook wel sleutelhangers. Is jouw vader nooit zijn sleutels kwijt? Nee, hij schudde zijn hoofd, nooit; een volmaakte vader dus die zijn sleutels nooit kwijt is. Of is dat meer een vrouwenkwaaltje ?

Maar, zei hij opeens: mijn vader kookt graag. Nou zei ik komt dat even goed uit, kijk hier liggen leuke kookboekjes met allemaal recepten met producten uit de wereldwinkel .Dat had hij nog niet gezien maar hij was meteen enthousiast. Ze waren wel een beetje boven zijn budget als hij zijn eurotjes eerlijk wilde verdelen maar hij pakte er toch een en ging toen op zoek naar iets voor zijn moeder. Dat was toch wel moeilijker dan hij dacht. Er was een engeltje en dat was niet zo duur. Een paar mooie lichtjes en sterretjes, heel mooi hoor als ze branden, ik stak er een aan. Nee dat was het niet, we hebben al zoveel engeltjes en lichtjes.

Kijk, zei ik hoe vind je dit kerstgroepje? Het was een heel klein kerstgroepje, een kleine Joseph een hele lieve kleine Maria, maar ik vond zelf het kindje bijzonder mooi een schattig kindje een klein kunstwerkje. Als ik jouw moeder was zou ik daar heel blij mee zijn.

Hij keek er naar en zei toen, het is wel mooi maar we hebben al een stalletje en mijn vader heeft een kindje gemaakt.

Een heer die inmiddels in de winkel gekomen was en van een afstand belangstellend het jongetje met zijn inkopen volgde begon te lachen en toen drong pas tot mij door dat de opmerking over het maken van een kindje wel heel dubbelzinnig was.

Maar mijn jonge klantje was zich dat niet bewust en hij ging verder met het zoeken naar een cadeautje voor zijn moeder en bedacht toen opeens dat zijn moeder gaatjes in haar oren had en dat ze het leuk zou vinden om oorbellen te krijgen.

Hij vond een paar mooie oorbellen en hij was zeer tevreden met zijn keus.

Toen we zijn inkopen afgingen rekenen bleek dat hij 30 euro cent tekort kwam en daar schrok hij zo van dat de tranen hem in de ogen kwamen.

Maar ik stelde hem gerust en zei: het is bijna januari en dan mogen we wat gaan afprijzen dus dat doe ik nu maar alvast , maar tegen niemand vertellen, hoor!

Ik heb zijn cadeautjes mooi ingepakt en hij ging bijna dansend de winkel uit. Toen was de mijnheer aan de beurt die intussen een mooie ketting had uitgezocht voor zijn vriendin. Het was een mooie maar dure halsketting. Die wil ik eigenlijk graag zei hij maar ik kom 30 euro cent te kort. Kunt u hem niet afprijzen? Ik zal het tegen niemand vertellen!

Mijnheer zei ik, u moest zich schamen. Ja hij schaamde zich kennelijk want hij wilde ook graag de 30 eurocent van het jongetje betalen. Maar dat wilde ik niet. Hij zei nog wel, ik heb nog nooit op zo’n interessante manier een cadeau gekocht en dat zal ik verder vertellen hoor.

Dag mevrouw!

Natuurtalent

Een beetje verdrietig fietste Henriëtte van school naar huis. Het was de eerste schooldag na de vakantie, ’s morgens hadden de kinderen allemaal hun vakantiebelevenissen mogen vertellen en dat was erg leuk geweest, een goed begin voor haar nieuwe klas. Maar na de middagpauze was Paultje, een van haar leerlingen, bij het binnenkomen van de klas lelijk gevallen tegen de scherpe rand van een tafel, hij was even buiten bewustzijn geweest. Henriëtte had een van de leerlingen naar het hoofd van de school gestuurd en die had meteen maatregelen genomen. Hij nam Paultje mee, belde zijn moeder en de dichtst bijzijnde dokter. Paultje moest meteen naar het ziekenhuis om gehecht te worden want hij had een gat boven op zijn hoofd. Hij zou waarschijnlijk de volgende dag nog niet naar school komen, maar Henriëtte besloot hem te gaan bezoeken als dat kon. De andere leerlingen waren natuurlijk erg geschrokken dus het werd een beetje een rommelige middag.

Al met al was het geen fijne dag geweest die eerste schooldag na de vakantie, want ’s morgens voor ze vertrok had ze bericht gekregen dat haar foto niet door de selectie van de mooiste natuurfoto van het jaar was gekomen. En ze was er zelf zo trots op geweest, ze had die winter met engelengeduld gewacht op het moment dat ze het hert in een prachtig natuurgebied in de sneeuw kon vastleggen. Ze werd hartelijk bedankt voor haar deelname aan de wedstrijd. Het hert was prachtig maar er was te weinig natuur en te veel sneeuw, De verhoudingen klopten niet. Jammer! Ze was dus kennelijk geen natuurtalent!! Maar die teleurstelling was niets in vergelijking met de bezorgdheid om Paultje.

Het was rustig op het fietspad, naast haar op de weg reden de auto’s voorbij maar daar had zij geen last van. Ze genoot toch, ondanks de nare dingen van die dag, nog na van de enthousiaste vakantieverhalen van de kinderen.

Ver voor haar uit reed een busje op de weg, veel harder dan de toegestane 80 kilometer. Plotseling een gepiep van remmen en een harde klap, er vloog iets dwars over het fietspad ver voor haar tegen een boom. Een meisje met een capuchon op dacht ze en het was zo warm! Ze fietste er heen, auto’s stopten maar het busje reed door. Toen ze op de plaats van het ongeluk was aangekomen kwam er ook een man uit een van de huizen langs de weg aanlopen. Ze keken allebei naar het slachtoffer en toen zei Henriëtte uit de grond van haar hart: ’O goddank, het is een hond!’ Wat zij voor een meisje met een capuchon had aangezien was een grote hond. Maar dat had ze beter toch niet kunnen zeggen. De man vloekte, Pakte haar bij haar armen en zei: ’gelukkig het is een hond? Mens je weet niet wat je zegt! Het is de hond van Katrien en haar gehandicapte dochter. Katrien heeft 4 weken geleden haar man begraven en jij vindt het gelukkig dat haar hond nu dood is?’

Een vrouw met een meisje in een rolstoel kwam aanlopen. Ze keken niet naar de mensen om zich heen, maar de vrouw die Katrien bleek te zijn knielde bij de hond neer en aaide hem even over de bebloede kop en zei: ‘hij is dood.’ Toen nam de vrouw het woord en zei tegen de man: ‘dat meisje vindt het niet gelukkig dat mijn hond dood is, maar dat het een hond is die daar ligt en geen kind. Het meisje in de rolstoel dat heel moeilijk sprak en dat niet alleen lichamelijk maar ook geestelijk beperkt bleek te zijn zei heel nuchter:’nu gaan we Wolf begraven hè mama net als papa met heel veelmooie bloemen.’ Ze zei het alsof het een feestelijke gebeurtenis was. De man vloekte weer en vroeg aan Henriëtte: ‘heb je het nummer van dat busje nog opgenomen? Je hebt het toch zien gebeuren en gezegd dat hij veel te hard reed?’

Henriëtte schudde van nee en voelde zich daar ook nog schuldig over. Toen sloeg Katrien haar arm om Henriëtte’s schouders en zei: ‘U bent erg geschrokken, kom even mee naar binnen om iets te drinken en ik ga Wouter de dierenarts bellen en vragen of hij Wolf komt halen, ik doe dat liever niet zelf met Vera erbij.’ Binnen zei ze tegen Henriëtte verontschuldigend: ‘ik heb even genoeg van mijn buurman, hij is natuurlijk ook erg geschrokken, maar hij heeft altijd zo’n grote mond en dan vloekt hij zo en dat wil ik niet, zeker niet met Vera erbij. Ik ga aan Wouter vragen of hij een nieuw hondje voor ons meebrengt, een nieuw klein Wolfje, volgende week misschien als je jarig bent, zullen we dat doen?’ vroeg ze aan Vera. ‘Ja.’, riep Vera ‘en dan krijg ik ook een film van K3 hè mama? Kom jij ook op mijn verjaardag vroeg ze aan Henriëtte. Dan gaan we taart eten en zingen en dan moet je ook een cadeautje meebrengen!’ ‘Maar kind zei Katrien je mag nooit om cadeautjes vragen en misschien heeft de jufrouw geen tijd, misschien heeft ze zelf wel kindjes.’ ‘Nee’, zei Henriëtte, ‘ik heb alleen maar kindjes in mijn klas op school en als het mag zal ik zeker op jouw verjaardag komen en weet je Vera ik ben ook een fan van K3. Katrien vertelde toen aan Henriëtte dat vorig jaar op de verjaardag van Vera haar man nog leefde en dat hij met haar was gaan zwemmen, dat vond ze toch zo heerlijk en het lijkt wel of ze dat nu allemaal vergeten is. Ze leeft maar bij de dag en misschien is dat wel gelukkig. Ze zal ook niet echt verdrietig zijn om de dood van Wolf, misschien praat ze nog wel eens over hem maar ze zal er niet verdrietig om zijn.’ Toen kwamen bij Katrien de tranen en Henriëtte luisterde naar het verdrietige verhaal van haar man die zo onverwacht en veel te jong was overleden.

Die week kocht ze een cadeau voor Vera, een beker van K3 en ging naar haar verjaardag, ze zongen en ze aten taart en er was geen blijer kind op de wereld dan Vera. ‘Mijn dochter is met al haar beperkingen een blij mens’ zei Katrien, ‘en daar kan ik ook blij mee zijn.’’Jouw dochter’, zei Henriëtte, ‘is met al haar beperkingen een UITBLINKER!!!!!!!

Maar het bezoek aan Paultje in die week verliep aanvankelijk minder vrolijk. Zijn haar was afgeknipt vanwege de hechtingen en het verbandkapje dat de wond bedekte. Hij huilde, was boos en opstandig en bezwoer dat hij niet eerder naar school zou komen voordat hij zijn haar weer terug had, want ze lachen me natuurlijk allemaal uit met mijn kale kop. ‘Dat is jammer’, zei Henriëtte, ‘want dan raak je zo achter, het zal wel een paarweken duren voordat je je haar weer terug hebt. Ik dacht eigenlijk dat jij het wel stoer zou vinden om met een leuk petje op, op school te komen, daarom heb ik een petje voor je meegebracht. Ik heb het gekregen van een vriend toen ik een paar weken in Amerika op vakantie was. Hij is daar een bekende honkbalspeler, zijn naam staat erin, kijk maar: Steve Hughes. Ze zullen je niet uitlachen. Ik denk dat ze jaloers zijn, maar daar vinden we wel wat op.’ Het huilen hield op. Paultje bekeek het petje heel kritisch, zette het op en zei: ‘ja dat kan eigenlijk wel juf als ik van de dokter mag dan kom in maandag weer naar school!!!!!’ De moeder van Paultje klapte in haar handen, gaf Henriëtte een dikke zoen en zei:’juf ik had gedacht dat het ons nooit zou lukken om hem weer naar school te krijgen zonder afschuwelijke scènes. U bent een UITBLINKER!!!!!!’ Henriëtte nam afscheid en vertrok maar ze dacht bij zichzelf: ’een uitblinker, zou dat hetzelfde zijn als een natuurtalent?????

Engelbewaarders


Ieder mens heeft een engelbewaarder, zo werd ons vroeger verteld. Een onzichtbaar wezen dat heel je leven aan je zijde staat en je begeleidt en beschermt. We geloofden daarin en als we nu een moeilijke of gevaarlijke situatie goed hebben doorstaan zegt men nog wel : “je hebt een goede engelbewaarder”

Wij moesten vroeger naar school een drukke weg oversteken en er waren toen nog geen zebrapaden en stoplichten. Maar mijn moeder vertrouwde er helemaal op dat onze engelbewaarder ons veilig naar de overkant zou brengen.

Nu zijn er wel zebrapaden en stoplichten en ik denk dat de engelbewaarders een beetje lui zijn geworden. Toen enige tijd geleden in een drukke schoenwinkel mijn portemonnee werd gestolen dacht ik : he engelbewaarder had je niet eens beter op kunnen letten. En de engelbewaarder van de dader, had die het niet kunnen voorkomen ?

Van de vluchtelingen die iedere dag vanuit Syrië in gammele bootjes de zee moeten oversteken verdrinken er honderden. Waar blijven die engelbewaarders ?

Moet God ze niet eens op hun plichten wijzen?

Maar we kunnen tot God niet blijven bidden om een einde te maken aan alle ellende en oorlogen in de wereld en in ons leven. Want God heeft ons niet alleen een engelbewaarder gegeven maar ook een gezond verstand een geweten en een eigen verantwoordelijkheid en als wij daar een goed gebruik van maken dan doet onze engelbewaarder de rest, denk ik.

Drie Koningen

Het was bijna kerstvakantie en op school vertelde de juffrouw het spannende verhaal van de Drie Koningen. Die Koningen hadden een hele mooie ster aan de hemel gezien en zij wisten dat het een teken was dat er een kindje was geboren en dat kindje was Jezus de Zoon van God en als Hij groot was zou Hij Koning worden. De drie Koningen gingen op weg om Hem te bezoeken en om geschenken te brengen. Maar ze gingen eerst even langs bij Koning Herodes, ze dachten dat Herodes wel zou weten waar ze de nieuwe Koning konden vinden .Maar Herodes wist het niet en hij werd boos en jaloers. Als er een nieuwe koning komt dan kan ik misschien geen koning meer zijn dacht hij en hij maakte een plan om de nieuwe koning te doden. En toen zei hij heel gemeen tegen de Drie Koningen: ’’Als jullie Jezus de nieuwe Koning gevonden hebben komen jullie het mij dan vertellen dan kan ik Hem ook gaan bezoeken. Hij zei natuurlijk niet dat hij Hem wilde doden. Toen de Drie Koningen Jezus gevonden hadden waren ze zeer verbaasd, ze dachten een Koningskind wordt in een paleis geboren en niet in zo’n arme stal Ze gingen naar binnen en zagen dat Josef en Maria heel arm waren. Maar ze knielden toch eerbiedig neer en gaven hun geschenken: Goud, Wierook en Mirre. Een jongen in de klas stak zijn vinger op hij wilde iets zeggen. Juf zei hij wat hebben arme mensen in een stal aan Goud, Wierook en Mirre. Ze moeten toch eten en drinken hebben en voor de kleine Jezus een wiegje en dekentjes en warme kleertjes en een knuffel om mee te spelen dat hebben kleine baby’s graag. Mijn kleine broertje gaat huilen als hij zijn knuffel kwijt is. Ja jongen, zei de juffrouw dat is helemaal waar. Dit gebeurde allemaal meer dan 2000 jaar geleden en ik vertel dit ook om jullie te laten zien dat er niet veel veranderd is. Er zijn nog steeds veel arme mensen en daklozen die niet eens een stal hebben om in te slapen, die door oorlogen en bombardementen hun huis en hun land moeten verlaten, kinderen die niet naar school kunnen en soms zelfs geen ouders meer hebben. Gelukkig wordt er toch vaak voor die mensen en kinderen gezorgd, ook in ons land . Ook voor Josef en Maria en hun kindje werd gezorgd. Ik denk dat de Drie Koningen dat ook gedaan hebben. Maar de Drie Koningen zijn op hun terugreis niet meer langs koning Herodes gegaan, ze waren gewaarschuwd. Josef, Maria en de kleine Jezus gingen via een andere weg naar huis terug Herodes kreeg hen niet te pakken. Gelukkig !!!!

En ik wens jullie en alle mensen een zalig en gelukkig kerstfeest…….

Kerstmis 2012

We gaan binnenkort het stalletje weer zetten, compleet met de os en de ezel.

Maar na een grondige bestudering door de paus over de geboorte en het jonge leven van Jezus blijkt dat er geen os en geen ezel in het stalletje waren.

Jammer, we waren er zo aan gewend!

Welke bron zou de paus daarover hebben aangeboord?

Maar de paus is onfeilbaar dus we moeten het wel geloven.

Desondanks blijven er toch nog enkele vragen over die misschien nooit opgelost zullen worden.

Waar was het ezeltje waar Maria op had gezeten tijdens de tocht naar Bethlehem?

Stond dat buiten in de kou?

En hoe overleefde het kindje Jezus die bittere kou?.zonder de warme adem van de os en de ezel? Hij lag op wat stro en in doeken gewikkeld hebben wij geleerd, was dat warm genoeg voor een pasgeboren baby?

Er stond wel een mooie ster boven de stal, maar een ster geeft geen warmte. En de engelen zongen prachtig “’Gloria in Excelsis Deo “maar wordt een baby daar warm van?

Misschien hebben de herders een vuurtje gestookt!!!!

Jezus is toch 33 jaar geworden en hij is aan het kruis gestorven.

Maar we kunnen gerust zijn want omdat het een oude traditie is mogen de os en de ezel gewoon in het stalletje blijven staan met kerstmis.

Gelukkig !!!!!

(2012)